Jaffalaan 10 www.achterdegevelsvandelft.nl
De oude beheerderswoning op Jaffa NB: Klik op de afbeeeldingen voor een vergroting.

Naast de ingang van de begraafplaats Jaffa staat een oude beheerderswoning. Het is een T-vormig gebouwtje met twee puntgeveltjes (ook wel: ‘tuitgevels’), grijs/wit bepleisterd, gebouwd in een voor die tijd herkenbare stijl. Het is tegenwoordig gemeentelijk monument. Voor de bouw van deze woning op de begraafplaats Jaffa gaan we terug naar de jaren rond 1865. Het gemeentebestuur van Delft is dan op zoek naar grond voor een nieuwe begraafplaats. Bedoeld als alternatief voor de begraafplaats bij het Kalverbos, toentertijd net buiten de Haagpoort, die dreigde vol te raken. De bestuurders slaagden er niet in, maar kregen hulp van particulier initiatief.

De heren Dirk Houtzager, verzekeringsagent uit de Choorstraat (nr. 14), Gerrit de Ronde, aannemer en koopman (zie Koornmarkt 31), en Bastiaan Veth, aannemer publieke werken en boterkoopman op de Voorstraat, zakenpartners en vrienden, waren bereid een helpende hand te bieden. Ze zijn respectievelijk 52, 41, en 65 jaar oud, en ondernemers uit gegoede families.
De drie kochten een stuk weiland van het Oude en Nieuwe Gasthuis in de Wippolder, buiten de toenmalige gemeentegrens van Delft, in de toenmalige gemeente Vrijenban. Ze kregen van deze buurgemeente mondelinge goedkeuring voor het aanleggen en exploiteren van een begraafplaats. Die lag toen dus letterlijk in de ‘middle of nowhere’. De toegangsweg, die al wel Jaffalaan heette, begon aan de Rotterdamseweg, een rustige buitenweg met bomen erlangs. Tegenwoordig ligt Jaffa min of meer midden in de TU-campus, die er in de loop van de jaren omheen is gebouwd.


De Rotterdamseweg rond 1900 met vermoedelijk rechts de Jaffalaan. Op de hoek een kiosk.
(Collectie Archief Delft)

Geen gras over laten groeien
De projectontwikkelaars uit de 19de eeuw namen de gemeentearchitect van Delft, de heer C.J. de Bruin Kops, in de arm en gingen aan de slag. Samen vormden de drie de directie van de begraafplaats. Op 20 december 1867 kregen ze de eerdere mondelinge toezegging van het gemeentebestuur van Vrijenban bevestigd. In de brief stond dat de werkzaamheden reeds waren gestart. De praktijk was, dat ze op dat moment al zo goed als klaar waren, want de begraafplaats ging op 1 augustus 1868 open. Een week later werd de eerste dode, een vrouw uit het Sint Jorisgasthuis, in de nieuwe grond ter aarde besteld.
Het driemanschap noemde de nieuwe begraafplaats 'Jaffa”. Jaffa of Joppe is de plaats in het heilige land waar de kruisvaarders aan land gingen op weg naar Jeruzalem. Symbolisch was Jaffa dus de poort naar het eeuwige Jeruzalem: daar waar de doden naar toe zullen gaan.


Joppe of Jaffa in 1698, het huidige Tel Aviv. (Ets en gravure, Delft University)


Ingang van Jaffa met beheerderswoning en aula


Sneeuw in 1961. Aan de overkant van het besneeuwde water de Jaffalaan. De TU-wijk is in wording. (Foto Delft University)


Jaffalaan in 2015. Verkeersader met veel asfalt


De Jaffalaan ligt langs de oude Kloosterwatering

 

Begraven buiten de stad
Het begraven buiten de stad ontstond nadat het werd verboden om doden in of bij de kerk hun laatste rustplaats te geven. Steden hadden in de 19e eeuw nog steeds te kampen met grote epidemieën, zoals de pest. Deze ziekte maakte veel slachtoffers, die overigens al sinds het midden van de 17e eeuw buiten de stad begraven moesten worden, bij het Pesthuis. Aan het eind van de 18e eeuw kwam er discussie over de vraag of het niet beter zou zijn om alle doden buiten de stad te begraven. In Nederland werd dit in 1827 verplicht voor gemeentes met meer dan duizend inwoners en was het per 1 januari 1829 verboden om in de kerken te begraven. In Delft werd daarom in 1829 het Kalverbos ingericht als gemeentelijke begraafplaats.


Achter de Lepelbrug het Kalverbos, waar in 1829 de begraafplaats buiten de stad kwam.
Deze prent werd omstreeks 1850 gemaakt. (Coll. Delft University)

Maar toen het daar te vol werd, moest er worden uitgekeken voor een nieuwe rustplaats voor de doden. Dat werd dus Jaffa. Het Kalverbos werd langzamerhand geruimd, maar er zijn nog steeds drie negentiende eeuwse grafkelders: van de in 1845 overleden Karl Wilhelm Naundorff, de vermeende Lodewijk XVII (Charles Louis de Bourbon) ; van de familie Van Hangest Baron d'Yvoy (1836), en van de familie Maas Geesteranus (1847). En er is nog het graf van C.A. de Neve uit 1866.

'Directeurswoning'
De woning op Jaffa staat in veel archiefstukken als directeurs-/beheerderswoning beschreven. Maar uit onderzoek blijkt dat de directie er nooit heeft gewoond. In de praktijk was het huisvesting voor een beheerder, opzichter, grafmaker of tuinman. Directeur Houtzager had zijn domicilie in de Choorstraat.
De woning is tegenwoordig een rijksmonument. In de beschrijving wordt er onder meer over gezegd dat zij stedenbouwkundige betekenis heeft als beeldondersteunend onderdeel van de begraafplaats. Het belang van de begraafplaats zelf zit hem ook in de specifieke aanleg in stedelijk gebied. Huis en begraafplaats samen hebben “ensemblewaarde”.
Lees hier de volledige beschrijving.

Gemeentelijke begraafplaats
Zes jaar na de start verkochten de initiatiefnemers de begraafplaats aan de gemeente Delft, hoewel het complex toen nog steeds op grondgebied van de buurgemeente Vrijenban lag.


Kaart van de gemeente Vrijenban in 1867. Een rode lijn geeft aan waar Jaffa later werd aangelegd

Het Historisch GIS Delft geeft aan welk weilanden in 1832 waren betrokken bij de aanleg van Jaffa

De huidige omvang van Jaffa te midden van bebouwing


Eerste kadastrale kaart 1832. Het oude bolwerk
bij de Haagpoort, met de nieuwe begraafplaats ingetekend.

 

 

Dirk Houtzager behield de directie en werd officieel de eerste gemeentelijke directeur algemene begraafplaats Jaffa Delft. In 1876 werd hij bovendien door Koning Willem III aangesteld als opzichter van de Koninklijke Grafkelder in de Nieuwe Kerk.
Pas in 1921 kwam met de opheffing van de gemeente Vrijenban de 'gemeentelijke begraafplaats' ook echt binnen de gemeente te liggen. Dirk Houtzager leefde toen al niet meer. Hij werd 79 jaar, en overleed in 1912.
Gerrit en Bastiaan richtten in 1878, tien jaar na de opening van de begraafplaats en vier jaar na de verkoop aan de gemeente Delft, de eerste Delftse zuivelfabriek aan de Dirklangestraat op. Gerrit werd 86 jaar en Bastiaan 81 jaar. Ze bleven vrienden in vele opzichten. Bij de aangifte van geboorte van hun kinderen traden ze voor elkaar op als getuige bij de burgerlijke stand.

Jaffalaan
Van die eerste jaren als “particuliere” begraafplaats is weinig meer bekend, behoudens wat krantenberichten waarin melding wordt gemaakt van de openstelling, waarin de tarieven staan vermeld, en waarin verslag wordt gedaan van de eerste begrafenis. “Het begraven lijk was dat eener in het krankzinnigengesticht alhier verpleegde vrouw, van elders afkomstig”. In 1885 werden er 300 wilgenbomen op het terrein gerooid, een buitenkansje voor klompenmakers, aldus de advertentie voor de veiling van de bomen.


Open gesteld voor het begraven van lijken. Een advertentie uit de NRC van 30 juli 1868

Op 8 augustus 1868 was de eerste begrafenis nieuws in de NRC

Weer een advertentie in de NRC. D. Houtzager belooft dat de graven nooit zullen worden geruimd. (7 september 1869)

Op 14 februari 1885 worden er op Jaffa gekapte wilgen verkocht, “bijzonder geschikt voor klompen”

Vanaf het moment dat Jaffa voor Delft de gemeentelijke algemene begraafplaats werd (er was ook een katholieke en een Joodse begraafplaats), werd de toegangslaan naar de begraafplaats een begrip en uiteraard 'Jaffalaan' genoemd. Hij bestaat nog steeds ter hoogte van De Porceleyne Fles aan de Rotterdamseweg, maar lijkt in niets meer op het weggetje van vroeger. Het is een geasfalteerde verkeersader, met een breed fietspad erlangs. Ernaast (ten noorden) ligt nog wel een restant van de vroegere Kloosterwatering. Die werd in de dertiende eeuw gegraven als onderdeel van een nieuw afwateringssysteem rondom Delft, en is vernoemd naar het klooster Koningsveld, dat op deze hoogte tussen de Schie en de Rotterdamseweg lag. Het water liep door tot de Pijackerse Vaart bij de Pauwmolen. Pas in 1997 werd de naam Jaffalaan officieel vastgelegd door de gemeenteraad.


Bericht over het overlijden van D. Houtzager, de eerste directeur van de begraafplaats
(Leeuwarder Courant 1912)

 

Wippolder
In de jaren na 1900 onderging de Wippolder een gedaantewisseling. Op de plaats van het vroegere boerenland verrezen diverse gebouwen van de Polytechnische School, de voorloper van de TU, en er kwam een hele nieuwe woonwijk, grotendeels gebouwd door toen nieuwe woningbouwverenigingen. Ook voor de begraafplaats is een grote uitbreiding gereserveerd die in de dertiger jaren werd gerealiseerd. Er kwam een mooi toegangshek, en een aula in 1930 ontworpen door de gemeenlijk architect G. Gebben (1882-1960).


Een grote groep mannen werkt in 1937 aan de uitbreiding van Jaffa. (Collectie Archief Delft)

De oorlog 40-45 is een roerige periode in de geschiedenis van de begraafplaats en is uitvoerig beschreven in het boek Oorlog en verzet in de Prinsenstad door Joop W. De Blij. Doordat de uitbreiding van de begraafplaats eind jaren dertig net voltooid was kon het monument voor de gevallenen worden ingepast.
Lees meer : Beschrijving monument voor de gevallenen op begraafplaats Jaffa


Het graf van Piet Koet, overleden op 10 mei 1940, de eerste dag van de Tweede Wereldoorlog

Het Monument voor de Gevallenen op Jaffa

Beheerders
Terug naar de woning van de begraafplaatsbeheerder. In het begin van de twintigste eeuw was een Schols opzichter op de begraafplaats Deze naam komen we in Delft nog tegen als steenhouwer en de verkoper van grafmonumenten. Ja, dat was familie van de opzichter. In 1922 werd Jacobus Huisman aangesteld door de gemeente in een functie die in de loop der jaren wordt aan gepast maar neer komt op beheerder, opzichter, tuinman, grafmaker en onbezoldigd veldwachter. Huisman werd in 1903 geboren in de Wipmolen die zicht heeft op de begraafplaats. Hij betrok de dienstwoning Jaffalaan 10 en trouwde in 1929 met Albertina van Halen. Zij kregen zeven kinderen, de laatste in het laatste oorlogsjaar 1945.
Het huis is in 1954 vergroot met een aanbouw aan de voorzijde. Daar heeft de familie Huisman nog 14 jaar plezier van gehad. Toen Jacobus 65 jaar werd, in 1968, stopte hij met zijn bijzondere baan op een bijzondere plek.

Herinneringen
Wim Huisman, de een na laatste van het gezin, bewaart goede herinneringen aan zijn jeugd en het gezinsleven op de begraafplaats. De oorlog was een moeilijke tijd. Maar met vriendjes van school mee naar huis: daar was ruimte genoeg om spannend te spelen. Als kind vond hij vooral de militaire begrafenissen indrukwekkend. Saluutschoten en de dodenmars zijn hem bijgebleven. En herinneringen aan een witte koets als er een kind begraven werd.
Ook met bezoekers of toekomstige “klanten” bouwde het gezin Huisman wel een relatie op. Een voorbeeld was de laatste hoogleraar van de toen nog Polytechnische School, prof. Kraus. Zijn echtgenote werd begraven in het familiegraf. De professor was een regelmatige bezoeker en bouwde zodoende een band op met de familie Huisman. Wim wist zich een spaarbankboekje van de professor (gekregen bij de geboorte) nog te herinneren

Verwaarlozing en wederopstanding
Na 1968 kwam de familie Verhoeks in de beheerderswoning te wonen. W.A. Verhoeks en zijn vrouw verhuisden in 1990 naar elders Daarna kwam er een periode waarin het niet populair was om zo dicht bij je werk te wonen. Het onderhoud van het pand kreeg lange tijd weinig prioriteit. De woning werd los-vast verhuurd en er woonden ook enige tijd anti-kraak-bewoners. In 2010 was het pand niet meer in geweldige staat. De gemeenteraad besloot het gebouwtje voor het symbolische bedrag van 1 euro te verkopen aan begrafenisonderneming De Laatste Eer. In de koopovereenkomst verplichtte De Laatste Eer zich het rijksmonument aan de buitenzijde geheel te restaureren met als nieuwe bestemming familiehuis voor kleine begrafenissen. Eind 2011 was deze verbouwing gereed. Op Open Monumentendag, het tweede weekend in september, is de vroegere directeurswoning open gesteld voor publiek.


De begraafplaats op en winterse dag in november 2014


Het oude gedeelte van Jaffa, dat nog altijd bestaat. Foto M.M.Minderhoud, Wikipedia


Boerenland aan de Rotterdamseweg, jaren ’30. De varkens worden gevoerd. Op de achtergrond de Jaffalaan. (Collectie Archief Delft)

Piet van der Eijk  
   
nadere informatie over Jaffalaan 10  
Geplaatst: 4 april 2015  
 
www.achterdegevelsvandelft.nl - Facebook: www.facebook.com/AchterdegevelsvanDelft - Twitter: twitter.com/AchterdgvDelft