Beestenmarkt 9
www.achterdegevelsvandelft.nl

Bijna anderhalve eeuw verfwinkel

NB: Klik op de afbeeldingen voor een vergroting.


Advertentie Delftsche Courant, 9 januari 1881.

Advertentie Delftsche Courant, 10 mei 1888.

De geschiedenis van de Goedkope Verfwinkel firma W. Verbeek sinds 1881 is op de website van de firma reeds uitgebreid beschreven door Gert de Vries, die daarbij onder meer gebruik maakte van het bedrijfsarchief. Wij verwijzen daarvoor graag door naar:
https://degoedkoopeverfwinkel.nl/geschiedenis/

Zie ook:
https://degoedkoopeverfwinkel.nl/fotos/
https://degoedkoopeverfwinkel.nl/archief/

Wat betreft de voorgeschiedenis van dit pand, zie hieronder.
   

Willem Verbeek en zijn familie. Foto uit 1912, ontleend aan de website.
 

Advertentie Delftsche Courant, 14 maart 1884.

De kassa uit 1881. (Foto ontleend aan de website.)


(Foto ontleend aan de website.)


De winkeldeur van De Goedkope Verfwinkel, fa. W. Verbeek jr. (Foto ontleend aan de website.)




































Oude pigmentpotten. (Foto ontleend aan de website.)
 
Het licht van de Beestenmarkt in de winkel. (Foto ontleend aan de website.)

Voorgeschiedenis Beestenmarkt 9

Op deze plek aan de westzijde van de Beestenmarkt bezat het Weeshuis vanouds een serie van zeven huisjes die gratis bewoond werden, vermoedelijk ooit verbonden aan Vondelingenhuis om de hoek op de Molslaan. Die huisjes verkeerden eind 17e eeuw in zeer vervallen staat. Volgens een besluit van de regenten uit 1698 zouden de bewoonsters ze verder voor eigen rekening moeten onderhouden. De animo daarvoor was blijkbaar niet groot. Als de woningen in 1730 voor de verponding (huizenbelasting) worden getaxeerd blijkt het meerendeel inmiddels onbewoond. De twee die nog wel bewoond werden, worden niet meer ‘om niet’ bewoond, maar blijken nu verhuurd en deels door samenvoeging van de eerdere huisjes gevormd.

Dienaar van de dijkgraaf
Halverwege de 18e eeuw woont hier op deze plek Pieter Fonternel, dienaar van de dijkgraaf van Delfland. Hij betaalde het Weeshuis hiervoor 50 gulden per jaar en was sinds 1740 getrouwd met Grietje van der Zee, die hier een handeltje in turf dreef.

Inbrengers bij de Bank van Lening
In 1809 besluit het Weeshuis de twee huizen die nog in gebruik zijn te verkopen. Koper van het huis op deze plek is dan Pieter de Jong. Hij drijft er een winkel in ‘commeneiswaren’ (kruidenierswaren), koffie en thee. Zijn vrouw Geertruy Vollebregts (alias Vogelzang) is inbrengster bij de Stadsbank van Lening, die hier vlak achter was gevestigd aan de huidige Burgwal. Een poort naast het huis biedt een achteringang naar de lommerd.
In 1833 verkoopt De Jong het huis aan Jan Hoogendam, de nieuwe inbrenger bij de Bank van Lening. Kort daarna heeft Hoogendam volgens het kadaster het huis “gedeeltelijk herbouwd”, waarmee de fiscale waarde van het huis nagenoeg verdubbelde. Men mag aannemen dat met deze ingreep in de jaren 1835/1840 het pand in grote lijnen zijn huidige gedaante heeft gekregen.
Naast zijn werkzaamheden voor de lommerd staat Hoogendam ook achter de tap. Na het overlijden van zijn vrouw, Gerritje Verschoor, blijkt er een rijke collectie zilverwerk in huis. Ook heeft het echtpaar een tuin met tuinhuisje in de Hopsteeg en verpacht het het dranklokaal De Bonte Os op de Voldersgracht, dat in hun bezit blijkt.
In 1856 staat het huis te koop. Huis en tapkraan worden vervolgens eigendom van Jans zoon, Leendert Hoogendam, ook inbrenger bij de Bank van Lening, gehuwd met Hillegonda van Santen. Zij wonen er tot 1872. Dan komt het weer te koop.
De volgende eigenaar, Arij Schilperoort, is opnieuw agent van de Bank van Lening, maar hij bewoont het slechts een paar jaar. In 1875 gaat het huis opnieuw in de verkoop. Het wordt dan aangeprezen als een winkelhuis, zeer geschikt voor hoefsmederij “of eenig ander bedrijf tot den landbouw betrekkelijk”.

Willem Verbeek, onroerend goed magnaat
Vervolgens vestigt zich hier winkelier Johan Maas, die na een half jaar al weer vertrekt naar Utrecht. Nog datzelfde jaar koopt Willem Verbeek het pand voor fl 3.075. Willem zat flink in het onroerend goed. Blijkens het kadaster had hij zo’n honderd huizen in Delft op zijn naam staan, hoofdzakelijk kleinere arbeiderswoningen, waaronder een hofje van 14 woningen in de Harmenkokslaan, 17 woningen in en rond de Paradijspoort (zie daar) in de Pieterstraat en een blok van 12 woningen op het terrein van de gesloopte armenschool in de Verlengde Pieterstraat of Achterzak en de belendende Blauwcomanspoort.
Na zijn aankoop begint Verbeek hier op de Beestenmarkt nog niet direct zijn met verfwinkel. Aanvankelijk verhuurt hij het pand voor andere doeleinden. Het bevolkingsregister noemt het in 1876 een sigarenfabriek. Zes jaar na zijn aankoop adverteert Verbeek op 1 januari 1881 dat hij hier een verfwinkel begint. Ruim drie jaar later, vanaf oktober 1884, gaat hij het pand volgens het bevolkingsregister ook zelf bewonen.
   

Geschiedenis van de verfwinkel: Geert de Vries
Voorgeschiedenis: Kees van der Wiel


Het pand op de oudste kadasterkaart uit de jaren 1825-1830.


Verkoopadvertentie in de Delftsche Courant van 1 augustus 1856. (Slijterij de Bonte Os op de Voldersgracht was destijds ook eigendom van de verkoper.)

Verkoopadvertentie van de winkel in de Delftsche Courant van 28 februari 1875.

Zie hier voor meer informatie over bronnen, eigenaren en bewoners van Beestenmarkt 9.
Geplaatst: 30 juni 2024
 
 
www.achterdegevelsvandelft.nl - Facebook: www.facebook.com/AchterdegevelsvanDelft - Twitter: twitter.com/AchterdgvDelft